Niet-aangeboren hersenletsel is een beschadiging aan de hersenen die iemand tijdens zijn leven oploopt als gevolg van een beroerte, ongeluk, hartstilstand of hersenaandoening.
Aangeboren hersenletsel is er ook. Deze schade aan de hersenen is rond of na de geboorte ontstaan, bijv. door zuurstofgebrek of door een infectie. Jaarlijks krijgen om-en-nabij 140.000 Nederlanders met een of andere vorm van hersenletsel te maken.
Kenmerken van NAH
Het belangrijkste kenmerk van niet-aangeboren hersenletsel is de zgn. breuk in de levenslijn. Mensen ervaren hun leven vaak als in tweeën gedeeld: een leven vóór en een na het hersenletsel.
Mensen met hersenletsel krijgen te maken met verwerkingsproblematiek en moeten daarom hun leven opnieuw en anders vormgeven.
Oorzaken van NAH
Bij niet-aangeboren hersenletsel kun je traumatisch en niet-traumatisch hersenletsel onderscheiden.
Traumatisch hersenletsel is letsel door een oorzaak van buiten af, zoals een ongeval of een klap op het hoofd.
Niet-traumatisch hersenletsel ontstaat van binnenuit, bijv. als gevolg van een herseninfarct of zuurstoftekort.
Gevolgen van NAH
In Nederland wonen zo’n 650.000 mensen die beperkingen als gevolg van een niet-aangeboren hersenletsel ervaren.
In dit getal zijn partner en/of kinderen niet meegenomen. Maar ook voor hen verandert er veel. Ze hebben opeens te maken met iemand die door het hersenletsel minder kan.
Wat opvalt voor de omgeving, zijn de lichamelijke, functionele beperkingen zoals bijv. gedeeltelijke verlamming, verlies van spierkracht, epilepsie of moeite met praten.
De onzichtbare gevolgen worden vaak pas na verloop van tijd duidelijk. Wanneer iemand sneller geïrriteerd is, minder plezier heeft in het leven, angstiger is of minder initiatief neemt, is meestal niet direct duidelijk dat dit het gevolg is van hersenletsel.
Het zijn juist deze, minder zichtbare gevolgen die zorgen voor onverwachte problemen voor de persoon zelf en de naasten. Deze gevolgen spelen een rol op alle levensgebieden: privé, werk, vrije tijd en toekomstperspectief.
Zorg
De zorg na hersenletsel kan verdeeld worden in drie fasen.
In de acute fase verblijft de ‘patiënt’ doorgaans in het ziekenhuis.
Als iemand medisch stabiel is, begint de herstelfase waarin door middel van revalidatie gewerkt wordt aan maximaal herstel.
De chronische fase begint als de ‘patiënt’ klaar is met de revalidatie en weer thuis is.
Klachten – Herstel
Niet-aangeboren hersenletsel kan tot uiteenlopende klachten leiden zoals bijv. vermoeidheid, vergeetachtigheid, snel overprikkeld raken en nergens toe komen.
Mensen herstellen bijna nooit volledig van hun niet-aangeboren hersenletsel. Maar dat betekent niet dat er aan de klachten die zij dagelijks ondervinden, helemaal niets kan worden gedaan. Want je kunt immers nieuwe manieren aanleren om met hun beperkingen om te gaan. Intensieve behandeling in een latere fase kan veel verbeteren aan de kwaliteit van leven.
En dan? Hoe verder?
De onzichtbare gevolgen – problemen met denken, gedrag en emoties – hebben vaak een grote impact op het welzijn en functioneren van de persoon zelf én op dat van de naaste omgeving.